In dit artikel van Dick van Dee kunt u lezen hoe het brandstofsysteem van de K100 in elkaar zit.
Daarnaast kunt u lezen hoe u in dit systeem kunt storingzoeken.
Bij deze wil ik Dick dan ook bedanken voor het schrijven van het artikel en het aanleveren van de duidelijke foto's.
De opbouw van het brandstofsysteem van de K100Zoals in het algemene deel over brandstof injectie systemen (op deze website)is geschreven zijn de injectie-computer en ontstekings-computer twee verschillende stuureenheden. Op foto 1 is een compleet overzicht gegeven van de componenten van het brandstofsysteem van de K100. In dit schema wordt de LE-Jetronic injectie-computer EFI (Electronic Fuel Injection) genoemd. Op foto 2 is te zien hoe de verschillende componenten in het gehele plaatje gekoppeld zijn. Op de foto's 3 en 4 is te zien hoe de verschillende onderdelen aan de EFI zijn gekoppeld. De connector van de EFI is fysiek te zien op foto 5. Duidelijk zijn ook de connectorpennen hierin aangegeven. De injectoren worden laag actief aangestuurd. Dat houd in dat de EFI een laag signaal (0 Volt) moet sturen om de injector aan te sturen. Dit houdt automatisch in dat de andere zijde van de injector voorzien moet zijn van een continue spanning als de motor loopt. Overzicht pinnen K100 EFI Let op: Niet op de pennen van de EFI meten!
Controle aanwezigheid voedingspanning (foto 6) Zoals al aangeven moet de voedingsspanning continue aanwezig zijn en deze is afkomstig van het brandstof relais via de groen-rode draden. U kunt de meetschakeling zien
in foto 7. Hier ziet u 4 16 ohms weerstanden die de injectoren voorstellen. De 12 Volt is aanwezig op de groen-rode draden bij starten, als het contact is ingeschakeld,
de noodschakelaar op de "aan" positie is gezet en de startknop wordt ingedrukt. Deze voedingsspanning voedt naast de injectoren ook de luchtstroom meter, stationair
schakelaar en de brandstofpomp. Als je een te laag voltage krijgt, door wat voor oorzaak dan ook, worden deze 3 apparaten en de FI computer afgekoppeld. Dit kan
bijvoorbeeld plaatsvinden als er een slecht contact is. test stuurlijn EFI (foto 8) Zoals hierboven is aangeven stuur de EFI met een laag signaal, wat makkelijk is te doen met de schakeling van foto 9. Om dit goed te kunnen testen moet eerst de voedingsspannings aanwezig zijn op de injectoren dus kan deze test pas uitgevoerd worden nadat bovenstaande test (Controle aanwezigheid voedingspanning) een positief resultaat heeft opgelevert. Als je nu op de startknop drukt kun je met de schakeling van foto 7 deze "pulserende" negatieve pulsen meten. Je moet nu een impuls krijgen voor elke omwenteling van de motor. (De 4 injectoren werken tezamen). testen kabel (foto 10) U kunt de kabel doormeten om te zien of daar geen slecht contact of breuk zit. Plaats daartoe 1 pen van de multimeter (vanzelfsprekend in het ohms bereik) in pin 12 van de EFI connector en meet dan op de pennen van de injectoren. (is doorverbonden met 1 van de 2 pennen van de injector.) Aanvullende informatie (foto 11 t/m 13) De de foto's 11 t/m 13 kunt u nog wat aanvullende informatie vinden met betrekking tot componenten van het brandstofsysteem. Met vriendelijke groet, Dick |
|
Foto 6 |
Foto 7 |
Foto 8 |
Foto 9 |
Foto 10 |
Foto 11 |
Foto 12 |
Foto 13 |
Artikel: ©Dick van Dee 2010 en Bert Meijerink 2010